Gereedschappen / materiaal
– plamuurmes
– water met wat zeep
– behang
– mes / schaar
– roller of grote kwast
– behangtafel
– harde (behang)veger
Om te voorkomen dat je vele lagen behang krijgt is het verstandig om het bestaande behang te verwijderen. Om behangresten te verwijderen doet u wat afwas sop in warm water en wrijft u dit vervolgens met een spons over de muur. Na 5 minuten intrekken kunt u met een plamuurmes de behangresten gemakkelijk verwijderen. Afhankelijk van het soort behang krijg u complete banen in een keer van de muur, maar bij wat goedkoper behang kan het zijn dat het in kleine stukjes van de muur afkomt. Dit zal wel extra werk opleveren. Ook de ondergrond kan invloed hebben op hoe makkelijk behang van de muur af zal gaan. Als u dit “handwerk”niet ziet zitten of het behang zit echt goed vast, kunt je natuurlijk ook gewoon een behangstomer huren bij uw doe-het-zelf zaak.
[ad#ad-2]
Na het verwijderen van het behang moet de muur vlak gemaakt worden. Zorg voor het behangen ook altijd dat eventuele gaatjes in de muur en andere oneffenheden zijn weggewerkt. Dit kunt u doen met plamuur. Zie hiervoor ook het artikel “plamuren” Indien u een sterk “zuigende”ondergrond heeft is het verstandig om de muur in te smeren met voorstrijkmiddel.
Nadat alles goed gedroogd is kunt u beginnen met behangen. Meet de hoogte van de kamer goed op en snijd stukken behang af welke ca 10cm overlengte. Hiermee heeft u wat speling en deze overlengte wordt uiteindelijk mooi strak afgesneden. Maak de behanglijm klaar volgens de verpakking. Smeer het behang in met de lijm en vouw de onder en bovenzijde om zodat het behang als het ware op elkaar geplakt zit. Laat dit (afhankelijk van de lijmsoor) enkele minuten drogen.
Meet goed op hoe het behang uitkomt zodat u niet aan het einde nog een heel smal strookje behang nodig heeft. En teken een loodrechte lijn op de wand om aan te geven waar de eerste baan moet komen. Het makkelijkste hiervoor is een waterpas. Vouw het behang aan een zijde weer open en plak de eerste baan met ca. 5 cm overlengte boven precies met een zijde bij de lijn langs. Veeg het behang met een harde borstel zoveel mogelijk vrij van luchtbellen. Mocht het behang nog niet goed zitten trek het dan voorzichtig wat los en begin opnieuw. Vervolgens vouw je de onderzijde ook open en veeg dit ook tegen de muur. Maak met de stompe kant van een schaar een scherpe hoek in het behang. Doe dit ter hoogte van het plafond en de vloer. Trek het behang op die plaatsen los en knip het af. Breng eventueel wat extra lijm aan en plak de uiteinden opnieuw vast. Maak het behang op dezelfde manier op maat in binnenhoeken .
Je kunt het behang op 2 manieren aanbrengen:
stotend = tegen elkaar aan
overlappen = ca. 1,5cm over de vorige baan heen.
Met de eerste methode krijg je een strakke wand.
Bij stopcontacten en schakelaars kunt je het beste de afdekplaat verwijderen (wel stroom uitschakelen!!) en er gewoon over heen plakken. Nadat het behang op de juiste plaats zit kun je het stopcontact of de schakelaar vrij knippen of snijden.
Bij een eventuele blijvende luchtbel achter het behang kun je deze lek prikken met een speld en nogmaals aanvegen om de lucht eruit te krijgen